De Gezonde Leefplekmeter onder de loep
Om wijken en buurten gezonder te maken is inzicht in de gezondheid van de leefomgeving van belang. Hoe breng je die leefomgeving in kaart? Tijdens een breakout van het online HAN Health event maakten de deelnemers kennis met de Leekplekmeter. Dat leverde genoeg gespreksstof op.
“Waar denken jullie aan als we het over een gezonde leefomgeving hebben?” Koen Dortmans, projectleider van het Health-project Gezonde Leefplekmeter, gooit de vraag direct in de groep. “Schone lucht”, oppert iemand, terwijl ook ‘nabijheid van voorzieningen’, ‘sport’, ‘groen’, ‘gezonde producten in de buurt’, en ‘ontmoeten’ worden genoemd. Het laat zien hoe breed je het concept leefomgeving kunt opvatten.
Domeinen in beeld
Voor Koen een perfect bruggetje naar het model dat hij en zijn onderzoekscollega’s ontwikkelden. Ze tekenden 5 verschillende domeinen uit: de natuurlijke en de gebouwde leefomgeving, de sociaal-culturele, de economische en de politieke. “Hiermee brengen we in beeld hoe verschillende aspecten in de leefomgeving van invloed zijn op de gezondheid van het individu. Dat geeft ons als onderzoekers een handvat om overzicht te creëren in instrumenten die de leefomgeving meten.”
Een integraal middel
“Vanuit dat overzicht willen we kijken of het haalbaar en zinvol is de instrumenten die één of meerdere van deze 5 domeinen meten samen te voegen tot 1 geïntegreerd instrument.” Voor nu – tijdens de break-out – eerst maar eens snuffelen aan een van die instrumenten. Dit instrument brengt op alle 5 de domeinen aspecten van de leefomgeving in kaart: de Leefplekmeter, een tool ontwikkeld door Pharos. Koen: “Deze wordt het vaakst genoemd als het gaat om het scoren van de kwaliteit van een leefplek. Ik ben benieuwd: hoe ervaren jullie het gebruik van de Leefplekmeter? Zijn de vragen helder? Is de tool toegankelijk genoeg voor iedereen?”
Domeinoverstijgend werken
Een deelnemer worstelt met de scope: “Want wat reken je tot je leefplek? Gaat het om mijn straat, de wijk, de regio waarin ik woon?” Een ander geeft aan: “Is het niet te talig en te veel?” Een volgende lijkt het een goed idee zo’n Leefplekmeter samen met buurtbewoners in te vullen. “Maak daarbij ook duidelijk wat je met de resultaten gaat doen.” En er is een deelnemer die kansen ziet om met soortgelijke leefplekmeters domeinoverstijgend te werken.
Koen: “Daar zeg je wat. In het Sparkcentre in Arnhem past een van onze onderzoekers diverse instrumenten toe op het Spijkerkwartier. Elk van die instrumenten heeft een ander vertrekpunt, denk aan economiemanagement, bouwkunde, gezondheid en welzijn. Zo kijken we of we vanuit die verschillende domeinen een completer beeld kunnen schetsen van de wijk.”
Vervolg van het onderzoek
Als besluit van de breakout neemt Koen de deelnemers mee in het onderzoekstraject van de komende maanden. Hij en zijn collega’s categoriseren de geïnventariseerde instrumenten en brengen deze onder in het model. Verder proberen ze scherp te krijgen hoe het totaalpakket aan instrumenten een rol kan spelen bij het inzichtelijk maken van de relatie tussen leefomgeving en sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Eind 2021 volgt een artikel met de eerste resultaten.