Nieuwe Richtlijn Decubitus opgeleverd
Mensen die door ziekte of beperking lang bedlegerig zijn hebben grote kans op het krijgen van doorligplekken. Dat is niet alleen pijnlijk maar soms ook gevaarlijk. Verpleegkundigen en verzorgenden zijn alert hierop. Zij kunnen nu de nieuwe richtlijn gebruiken om eerder en betere zorg te verlenen.
ZonMw, de landelijke organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie, gaf opdracht voor de ontwikkeling van de nieuwe Richtlijn Decubitus. De praktische handreiking is samengesteld door het HAN lectoraat Innovatie in de Care, in samenwerking met het Radboudumc Algemene Plastische Chirurgie, het werkveld en met inzet van studentenprojecten.
De beroepsvereniging verpleegkundigen, verzorgenden en verpleegkundig specialisten (V&VN) is sinds 1 maart 2021 de trotse eigenaar. 'Veel mensen zaten op dit document te wachten,' zegt Betsie van Gaal, projectleider bij het lectoraat Innovatie in de Care / Technologie voor Gezondheid. 'We zijn blij dat de richtlijn nu voor de professionals in de verschillende zorgdomeinen beschikbaar is. Klaar voor gebruik.'
Handreiking voor preventie en verzorging
Preventieve maatregelen kunnen decubitus (doorligwonden) voorkomen. Denk aan het wegnemen of verminderen van druk- en schuifkrachten. Zo voorkom je ernstige klachten die deze wonden veroorzaken als ze niet goed worden behandeld.
De richtlijn bevat dan ook (kern)aanbevelingen voor preventie, doorverwijzing en verzorging. Het is een handreiking voor ondersteuning van keuzes van de zorgverlener en de zorgvrager. Als overzicht is een samenvattingskaart beschikbaar.
Decubituszorg
De aanbevelingen in de richtlijn zijn onderverdeeld in de volgende gebieden:
- De risicobeoordeling
- Patiëntengroepen met risico op decubitus
- Het classificatiesysteem
- Preventieve maatregelen
- De behandeling van decubitus
- Zelfmanagementondersteuning
- Monitoren en evalueren
- De organisatie van zorg
Hiermee wordt antwoord gegeven op vragen zoals 'Hoe weet ik wie risico heeft op decubitus?' en 'Waar moet ik daarbij dan op letten?'. Het is belangrijk om te weten hoe je mensen met dit risico ondersteunt, een wond beoordeelt en de zorg voor doorligplekken in het team en bij een overdracht goed op elkaar afstemt. Met de vragen uit de nieuwe richlijn zijn 6 categorieën decubitus te onderscheiden.
Gebruik van de richtlijn
Voor de ontwikkeling van de richtlijn is grondig onderzoek gedaan. 'Tijdens mijn studie Verplegingswetenschap deed ik literatuuronderzoek naar het zelfmanagement rond preventie en behandeling van decubitus bij dwarslaesie patiënten,' vertelt Evi Swinkels, docent en onderzoeker van het lectoraat. 'Vervolgens onderzocht ik in de praktijk de factoren die van invloed zijn op het gebruik van de richtlijn.'
Betsie van Gaal vult aan: 'Door het onderzoek van Evi konden we gerichte implementatiestrategieën voor de tweedelijnszorg beschrijven. Vanuit het lectoraat hebben 4 studentduo’s Verpleegkunde bijgedragen aan de inhoud van de richtlijn. Met aanvullend onderzoek naar de beïnvloedende factoren voor de eerstelijnszorg maakten we het plaatje compleet.'
Meer weten?
Neem voor meer informatie en vragen contact op met Betsie van Gaal, projectleider en senior onderzoeker van het lectoraat Innovatie in de Care: